Mariastraat 3

Op de gevelsteen ziet men een poort, met doorzicht op een laan en een gevel die lijkt op die van de Boterhal, Daaronder de tekst DE WIJDE POORT.
De steen verwijst naar de naastgelegen poort en naar het gelijknamige café, dat hier hier gevestigd was. Wanneer de steen is geplaatst is vooralsnog niet bekend.

In 1864 opende de gemeente aan de Mariaplaats een overdekte hal, die speciaal was bedoeld voor handelaren in ‘boter, kaas en eijeren’. De Boterhal werd gebouwd op een middeleeuws claustraal erf, dat ooit hoorde bij het kapittel van Sint-Marie.
Achterop het erf werden vanaf de vijftiende eeuw enkele kleine kamerwoningen voor de armen gebouwd. De toegang tot de huisjes verliep via de achteringang van het voormalige erf van Sint-Marie, de zogeheten Wijde Poort. De toenmalige bewoners moesten de Wijde Poort voortaan delen met de zuivelhandelaren omdat daar de achteringang van de Boterhal kwam te liggen.
Achter het hek liggen nog een 17e en 19e eeuwse ‘kamerwoning’ (Zie Mariastraat 13-15)

Links op de hoek zit laag in de gevel een steen met het opschrift:
C.J. DE HAAS
ARCHITECT

De Haas was de architect van de (ver)bouw van dit perceel.
Hij was van 1923-1927 gemeente-architect. In 1927 vestigde hij zich als zelfstandig architect (bron: Woningbouw in de binnenstad van Utrecht, tussen 1930 en 1940, door Go Bruêns. Juni 1913).