De gekleurde steen tussen de vensters van een woonwinkelhuis, laat een elger in cartouche zien, waaronder de tekst ‘INDE.VERGHVLDE.ELGHER’ staat. De laatste letter is in de rand gehakt en is daardoor vanaf de straat moeilijk te zien.
Een elger of aalgeer was een drietandige vork, met platte, dicht bijeen staande tanden, die werd gebruikt om aal te steken. Een elger of aalgeer werd onder aan de vissersboot bevestigd en -wanneer men in ondiep water voer- werd de bodem omgewoeld en de paling vastgeprikt. De steen herinnert aan de hier vroeger gevestigde palinghandel.
Het huidige pand is van rond 1900, maar de voorganger werd in 1538 al In De Vergulde Elgher genoemd
Bron: Gevelstenen in Nederland, door Gertrudis A.M.Offenberg. Uitgeverij Waanders, 1986