Mariahoek 12

Boven de deur staat:

‘T KLOPJE

Het herinnert aan de vroegere bewoonsters. Klopjes waren ongehuwde rooms-katholieke vrouwen, die in gemeenschappen samenleefden -bijvoorbeeld in begijnhoven- ten tijde dat bijna alle kloosters waren opgeheven. Zij legden geen gelofte af en stonden onder leiding van een priester.
Na de reformatie ontstond rond 1640 in de ‘Mariahoek’ -door het uitbreken van muren en plafonds van enkele kanunnikenhuizen- een schuilkerk. De huizen behoorden oorspronkelijk aan de Mariakerk – een van de vijf kapittelkerken van Utrecht- aan de Mariaplaats.
De schuilkerk bood een toevlucht voor katholieken, die na de Hervorming door de protestanten uit de Geertekerk, waren verdreven. De naam ‘klopjes’ verwijst naar de activiteit: in het geheim een ieder op de hoogte brengen als er in de schuilkerk een priester een mis voor stond.
Het pand stamt uit de 17e eeuw

Geveltekens in de buurt