FRESENBURG
De huisnaam is ontleend aan de vooraanstaande familie Frese. In 1304 zette Lambrecht Frese een aantal Utrechters in het huis Vreesenburch gevangen, waarna hij in 1310 voorgoed uit de stad verbannen werd. De volgende eigenaar was in 1384 Jan Jacobs van Lichtenberch. Oorspronkelijk had het huis een trapgevel en een weergang met kantelen. De voorgevel had op de begane grond grote vensters in spitsbogen. Tijdens het beleg van kasteel Vredenburg had Fresenburg, evenals de huizen Oudaen en Blankenburg, op de weergangen kanonnen geplaatst. De achtergevels hadden het tijdens beschietingen vanuit het kasteel zwaar te verduren.
In 1842 werden de kantelen van de weergangen van de voorste trapgevel afgebroken. In 1848 werd de gehele voorgevel verbouwd onder leiding van architect J. van Asperen en in 1984 werd de begane grond geheel gewijzigd. In de bogen van de zeventiende-eeuwse werfkelders die bij Fresenburg horen en die te bereiken zijn via de trap bevinden zich twee jaartalstenen met het opschrift: ‘ANNO 1640’. Boven de deur bevindt zich een gevelsteen met het opschrift: ‘VREESEN’ en de afbeelding van een berg. Hoe het huis Fresenburg er in de veertiende uitzag is te zien aan de lantaarnconsole die zich rechts achter de jaartalsteen bevindt.