Figuratieve gevelsteen en huisnaam
Op de daklijst staat: ‘DIE VERGULDE CRAEN’.
Op de steen staan afgebeeld: drie biertonnen in een werfkelder, hop, gerste-aren en een bierpul met brood, en de jaartallen 1630 – 1994. De vaten hebben een bijltje zoals het voorkomt in het wapen van Leemput (zie onder). Het jaartal 1630 verwijst naar het jaar waarin de naam Die Vergulde Craen voor het eerst in de archieven is geboekstaafd; 1994 naar het jaar dat de steen werd onthuld.
De gevelsteen van Franse kalksteen, is vervaardigd door Koos Boomstra en Tsjerk Holtrop
Het huis heeft enige bekendheid als het woonhuis van Trijn van Leemput. Trijn, Catrijn Willem Claeszoensdr. ofwel Catharina de Berghes ten Essendelle, was de dochter van Willem Claesz. van Voorn en Geertruyt Bergers en is in ongeveer 1530 geboren. Omstreeks 1550 trouwde zij met Jan Jacobsz. van Leemput, vermoedelijk een knecht van haar broer, Willem Willemsz. Bergers, die een brouwerij had op de Oudegracht. In 1555 kocht Trijn met haar man het huis bij de Weerdpoort, dat niet ver van de brouwerij was gelegen en dat nu nr. 17 is. Een paar jaar later in 1558 neemt Jan Jacobsz. van Leemput de brouwerij over van Willem Willemsz. Berger. Ook verwierf hij de erfpacht van een deel van het bolwerk de Morgenster met de Molen van die naam. De bekendheid van Trijn van Leemput is met name verbonden met de sloop van slot Vredenburg.
Achtergrondinformatie over Trijn van Leemput en haar echtgenoot Het ging de beide echtelieden voor de wind. Jan Jacobsz Van Leemput brengt het tot deken van het brouwersgilde, schepen, stadskameraar en hoppman. Dat zij zich aansluiten bij het verzet tegen de politiek van de Spaanse koning blijkt onder meer uit het feit dat Jan Jacobsz. van Leemput in Brussel als gedeputeerde van de Staten van Utrecht met Willem van Oranje een van de onderhandelaars is over een verdrag van Satisficatie, dat ertoe geleid heeft dat Utrecht zich aansloot bij de pacificatie van Gent. Het lijkt duidelijk dat dat de familie van Leemput een leidende rol speelde in de politieke roerselen in de stad . De naam van Trijn is voor eeuwig verbonden met de sloop van Vredenburg, een dwangburcht die in 1529 was gebouwd in opdracht van Karel V. Toen de religieuze en politieke onrust in de stad toenam, werd de burcht steeds meer gebruikt als gevangenis en executieplaats voor ‘opstandelingen’ en steeds meer een symbool van de gehate Spaanse politiek, en met name na de ondertekening van de pacificatie van Gent een bron van rancune voor de bevolking van Utrecht. De toenemende schermutselingen tussen de bevolking en de garnizoenssoldaten, leidde er toe dat in 1577 de garnizoenssoldaten vertrokken. Dit was het begin van het einde van de burcht. Burgers trokken het kasteel binnen en kondigden aan dat zij het hout uit kasteel zouden slopen als zij geen brandstof kregen. Hopman van Kessel bracht deze eis over aan de Staten van Utrecht. De leden van de Staten van Utrecht zagen het kaststeel ook als een last en overwogen afbraak, maar namen niet direct een besluit. Dit is het grote moment voor Trijn van Leemput geworden. Om de leden van de Staten van Utrecht tot haast aan te zetten, trok zij met een groep vrouwen, gewapend met houwelen, op naar Vredenburg. Het verhaal gaat dat zij als vaandel een ragebol met een blauw schort meevoerden. Trijn schijnt als eerste te zijn gaan inhakken op de burcht. Al spoedig volgden andere burgers en binnen een dag (5 mei) had de burcht al aanzienlijke schade had opgelopen. Nadat de Staten-generaal toestemming hadden gegeven voor de sloop van het deel van de burcht aan de stadszijde riepen de leden van de Staten van Utrecht de burgers op een verder aandeel te leveren in de sloop. Door klokgelui werden de burgers steeds herinnert aan deze taak. Het kasteel is uiteindelijk geheel afgebroken. Trijn van Leemput is in 1607 overleden en is begraven in de Domkerk van Utrecht. Bij het Utrechts Archief kunt u meer informatie vinden van Trijn van Leemput; zo ook en in de Vrouwenlexicon